Gezond toiletgedrag
Een goede toiletgang kan veel bijdragen aan het goed functioneren van de blaas en de darm, en daardoor aan een goede gezondheid en welbevinden. Het is van groot belang altijd de tijd te nemen om naar het toilet te gaan. Hoe rustiger het toiletbezoek, hoe effectiever. Hoe beter de blaas of darm geleegd is, hoe langer het meestal duurt voordat iemand weer naar het toilet moet.
Een gezonde, volwassen blaas kan 300 tot 500 milliliter urine bevatten. Wanneer de blaas voor iets meer dan de helft gevuld is, is er een gevoel van aandrang om te plassen. Deze drang kan het best onderdrukt worden. Wanneer hier namelijk steeds aan toegegeven wordt, gaat de vullingsmogelijkheid van de blaas steeds meer achteruit en gaat iemand steeds vaker naar het toilet. Wanneer de blaas voor ongeveer driekwart gevuld is, geeft hij een seintje (drang) en weet iemand dat het tijd is om naar het toilet te gaan. Iemand die ongeveer 1,5 tot 2 liter verdeeld over de dag drinkt, plast zes tot acht keer per etmaal.
Maar het plassen regelmatig te lang uitstellen, is ook niet goed. De blaas kan daardoor overprikkeld raken. Of hij kan op de lange termijn te veel gerekt worden waardoor goed uitplassen bemoeilijkt wordt en er urine in de blaas achterblijft. Achterblijvende urine kan leiden tot blaasontstekingen. Bovendien raakt de blaas erg snel geprikkeld, waardoor er na korte tijd opnieuw plasdrang zal ontstaan.
Bent u huisarts of praktijkmanger?
Benieuwd hoe hybride zorg uw praktijk of post kan ondersteunen?
In de whitepaper leest u alles over de mogelijkheden van hybride zorg.
Een goede toilethouding
Een goede houding op het toilet is van belang om de blaas en de darm goed te kunnen legen. Bij een goede houding kunnen de sluitspieren (de bekkenbodemspieren) goed ontspannen.
Voor een goede houding zit iemand helemaal op de toiletbril. De voeten rusten plat op de grond en de voeten en benen staan iets uit elkaar. Soms is het noodzakelijk om de kleding tot op de enkels te laten zakken. De benen kunnen namelijk niet uit elkaar wanneer bijvoorbeeld de broek nog rond de knieën trekt. Kinderen of kleine volwassenen kunnen het best een voetenbankje of opstapje gebruiken. Hun voeten kunnen dan goed op de onderlaag rusten.
Als iemand alleen op het puntje van de bril zit of boven de bril blijft hangen, veroorzaakt dat veel spierspanning in zijn benen en bekkenbodem. Deze spanning ontstaat ook wanneer de knieën tegen elkaar gedrukt worden. Hierdoor verlopen het plassen en ontlasten minder gemakkelijk of lukt het soms helemaal niet.
Tips om te plassen
Ga goed rechtop op het toilet zitten. De stand van de plasbuis is namelijk schuin naar voren. Door rechtop te zitten, gaat uitplassen beter. Zet de voeten helemaal op de grond en laat de handen ontspannen op de bovenbenen rusten.
- Ontspan de bekkenbodemspieren en de buik zo veel mogelijk. Laat de plas rustig in één keer vanzelf helemaal weglopen.
- Pers niet mee, maar adem rustig door. Laat de blaasspier zelf het werk doen. Mee persen helpt niet, het plassen gaat daardoor niet sneller. Persen kan de plasbuis zelfs een beetje dichtdrukken.
- Wanneer er geen urine meer komt, kantel het bekken dan rustig een aantal keren voorover (waardoor de rug nog rechter wordt) en weer terug. Zo kunnen de laatste restjes urine naar de plasbuis stromen en kunnen ook deze uitgeplast worden. Als het moeilijk is de rug rechter te maken, buig dan een aantal keren voorover en kom weer rechtop.
- Als het plassen klaar is, span dan de bekkenbodem een keer goed aan en ontspan hem daarna weer. Hierdoor wordt de plasreflex afgesloten en wordt urineverlies bij het opstaan van het toilet voorkomen. Sta hierna op.
- Wanneer er wel aandrang is maar de urine wil niet of maar moeilijk komen, kantel dan het bekken een aantal keren rustig voor- en achterover. Adem ondertussen gewoon door. Ook de bekkenbodemspieren rustig een aantal malen aanspannen en weer loslaten kan helpen. Als het niet lukt om te plassen zonder te persen, is het raadzaam een arts of bekkenfysiotherapeut te raadplegen.
- Probeer geen ‘streepjes’ of ‘stippeltjes’ te plassen. Dit is geen goede oefening. Het kan leiden tot het achterblijven van urine in de blaas en daardoor tot urineweginfecties.
Tips om te ontlasten
Drang voor de ontlasting kan het best helemaal niet uitgesteld worden. Aandrang voor ontlasting uitstellen leidt er vaak toe dat de aandrang verdwijnt en een tijd niet meer terugkeert. Dat kan verstopping veroorzaken. Vaak ontstaat er vijftien tot dertig minuten na de maaltijd aandrang tot ontlasting. Ga dan zo snel mogelijk naar het toilet.
- Ga ontspannen op het toilet zitten met de voeten plat op de grond, de kleding goed naar beneden tot onder de knieën, de benen uit elkaar en de rug iets bol. De stand van de anus is dan meer naar achteren. Door een bolle houding verloopt het ontlasten over het algemeen gemakkelijker.
- Ontspan de bekkenbodem en pers rustig. Adem ondertussen zachtjes uit.
- Richt de druk van het persen naar de anus. De anus gaat dan een beetje naar beneden.
- Wanneer de ontlasting niet komt, blijf dan even zitten en adem rustig een aantal keren in en uit. Richt ondertussen de aandacht op de buik en de bekkenbodem.
- Als de ontlasting dan nog niet komt, kantel dan het bekken tienmaal voor- en achterover. Adem ondertussen heel rustig door. Neem opnieuw de goede houding aan en pers rustig naar de anus. Ontspan tegelijkertijd de bekkenbodemspieren zo goed mogelijk.
- Soms helpt het om met beide handen vanaf de anus schuin omhoog richting de bekkenrand te strijken. Herhaal dit een aantal keren.
- Als de ontlasting wel is gekomen, rond het geheel dan af door het bekken een aantal keren voor- en achterover te kantelen. Zo is te voelen of er nog meer ontlasting komt. Span tot slot de bekkenbodem een keer goed aan en ontspan deze ook weer. Sta daarna pas op.
- Als de ontlasting niet komt terwijl er toch behoorlijke aandrang is, probeer dan tien minuten intensief te bewegen, zoals lopen en bukkende werkzaamheden. Ga hierna weer op het toilet zitten en kijk of de ontlasting nu wel wil komen. Als na vijf minuten nog niets is gebeurd, ga dan niet hard persen maar wacht de volgende gelegenheid af. Meestal is dat na de volgende maaltijd.
Algemene tips
Veeg toiletpapier altijd van voor naar achter.
- Bij vrouwen is de uitgang van de plasbuis erg gevoelig. Met toiletpapier deppen is daar beter dan vegen.
- Als de huid erg geïrriteerd is, is het aan te raden om na de toiletgang met water te spoelen en de huid daarna droog te deppen.
- Speciale geparfumeerde toiletdoekjes en zeep bevatten stoffen die de slijmvliezen irriteren. Het is beter deze niet te gebruiken. Een pH-neutrale zeep kan wel.
- Bij moeite met het gebruik van een ‘vreemd toilet’, kan de toiletbril worden schoongemaakt met een zakdoekje met eau-de-cologne (deze bevat veel alcohol). Of dat kan met een speciaal hiervoor gemaakte toiletbrilspray.
- Voor een goede toiletgang is het belangrijk dat iemand voldoende drinkt (1,5 tot 2 liter per dag). Dit geldt voor zowel het plassen als voor het ontlasten.
- Eet gevarieerd en vezelrijk, en indien mogelijk op regelmatige tijden.
Meer informatie
Website van de Nederlandse Vereniging voor Fysiotherapie bij Bekkenproblematiek
nvfb.fysionet.nl