Münchhausen-syndroom
Het Münchhausen-syndroom is een ernstige psychiatrische ziekte. Mensen met deze ziekte verwonden zichzelf of maken zichzelf opzettelijk ziek om aandacht te krijgen. Ook kunnen ze diverse klachten simuleren. Regelmatig melden zij zich bij verschillende hulpverleners en ziekenhuizen voor hulp. Feitelijk is het een extreme en ziekelijke vorm van aandacht nodig hebben. Vaak hebben mensen met het Münchhausen-syndroom veel medische kennis, zodat ze ziektes goed na kunnen doen. Het wordt ook wel een nagebootste stoornis genoemd. Hoe vaak het voorkomt is niet bekend, maar het is een zeldzame ziekte. Een variant op deze ziekte is het Münchhausen-‘by-proxy’-syndroom. Bij deze vorm maken (meestal) moeders hun kinderen ziek, om op deze manier aandacht te krijgen. Het is een ernstige vorm van kindermishandeling.
Bent u huisarts of praktijkmanger?
Benieuwd hoe hybride zorg uw praktijk of post kan ondersteunen?
In de whitepaper leest u alles over de mogelijkheden van hybride zorg.
Symptomen
Mensen met het Münchhausen-syndroom gaan van ziekenhuis naar ziekenhuis voor medische zorg. Ze presenteren zich met een ernstig ziektebeeld, dat ze zelf veroorzaakt hebben.
Dat doen ze door bijvoorbeeld giftige stoffen (zoals schoonmaakmiddelen) in te nemen of door zichzelf met ontlasting te injecteren. Ook komt het voor dat ze vreemde stoffen toedienen aan bloed- of urinemonsters. Of ze spelen symptomen na, zoals een epileptische aanval.
Mensen met het Münchhausen-syndroom lijken trots op hun uitgebreide medische voorgeschiedenis en weten aanvankelijk veel medelijden op te wekken. Ze zijn vaak meesterlijk in het manipuleren van hulpverleners. Als een arts zijn twijfels uit over de aandoening, worden ze vaak boos en verlaten ze voortijdig het ziekenhuis.
Diagnose
Een arts kan aan deze diagnose denken als er al veel medisch onderzoek en behandelingen zijn geweest en een daadwerkelijke lichamelijke of geestelijke aandoening wordt uitgesloten. Maar hiervoor is dus wel uitgebreid lichamelijk en aanvullend onderzoek nodig.
Omdat mensen met dit syndroom zich vaak door het hele land laten opnemen en daarnaast goed kunnen manipuleren, is het moeilijk om de diagnose te stellen. Overleg tussen verschillende hulpverleners is daarom belangrijk.
Het Münchhausen-syndroom moet niet verward worden met hypochondrie (waarbij mensen bang zijn om allerlei ziektes te hebben) of lichamelijke onverklaarde klachten.
Behandeling
Münchhausen-syndroom kan meestal het best worden behandeld door eventuele schadelijke onderzoeken en ingrepen weg te laten. Zo wordt lichamelijk letsel zoveel mogelijk voorkomen. Om dat te bereiken, moeten patiënten liefst bij één arts onder behandeling blijven en hebben ze langdurig psychotherapie nodig. Maar vaak laten deze patiënten zich niet op deze manier behandelen.