Kanker van de papil van Vater
De papil van Vater is een verwijding van de galgang voordat deze uitmondt in de twaalfvingerige darm (duodenum), het eerste gedeelte van de dunne darm. In de papil van Vater worden de afscheidingsproducten van de galblaas en de alvleesklier (pancreas) opgevangen. Deze vloeistoffen helpen bij de vertering van voedsel in de darmen.
Tumoren kunnen in het gehele lichaam ontstaan, dus ook in de papil van Vater.
Bent u huisarts of praktijkmanger?
Benieuwd hoe hybride zorg uw praktijk of post kan ondersteunen?
In de whitepaper leest u alles over de mogelijkheden van hybride zorg.
Oorzaken
Hoe kanker in de papil van Vater ontstaat, is niet precies bekend. Vermoedelijke risicofactoren zijn roken en een chronische ontsteking van de alvleesklier (chronische pancreatitis).
Verschijnselen
Het meest voorkomende verschijnsel bij kanker in de papil van Vater is geelzucht (gele verkleuring van de huid en het oogwit). Dit komt doordat een gezwel in de papil van Vater al snel de afvoer van gal naar de darmen blokkeert.
De ontlasting is beige en de urine erg donker. Andere verschijnselen zijn gewichtsverlies, pijn in de bovenbuik, gebrek aan eetlust, moeheid, jeuk en veranderingen in de stoelgang. Bij lichamelijk onderzoek kunnen een vergrote lever en galblaas worden vastgesteld.
Diagnose
Naast lichamelijk onderzoek kan met behulp van bloedonderzoek de leverfunctie worden onderzocht. Met echografie en een CT-scan van de buikholte kan de omvang en uitbreiding van de tumor worden nagegaan. Een ERCP brengt niet alleen de galwegen in beeld, maar de arts kan ook meteen een stukje weefsel voor microscopisch onderzoek afnemen (biopsie).
Behandeling
Een operatie is bij kanker van de papil van Vater alleen mogelijk als de ziekte zich nog niet in een te ver gevorderd stadium bevindt. De papil wordt dan operatief verwijderd, samen met delen van nabijgelegen organen, zoals van de alvleesklier en de twaalfvingerige darm.
Als een operatie geen baat meer heeft , richt de behandeling zich op het zoveel mogelijk behouden van de kwaliteit van leven. Er wordt medicatie voorgeschreven, zoals pijnstillers of een middel tegen misselijkheid. Met behulp van ERCP kan een buisje in de galweg ingebracht worden (endoprothese ), zodat de gal weer kan afvloeien. Hierdoor verminderen de jeuk en de geelzucht. Soms wordt bestraling of chemotherapie ingezet.
Prognose
Als de ziekte vroeg genoeg wordt ontdekt, zijn de vooruitzichten goed. Er kan dan operatief worden ingegrepen waarna de overlevingskansen groot zijn.
Meer informatie
Stichting voor Patiënten met Kanker aan het Spijsverteringskanaal (SPKS)
http://www.spks.nfk.nl/
Clark, M.L. and Kumar, P.J. (1999), Liver, Biliary Tract and Pancreatic Diseases, in: Kumar, P. and Clark, M. (eds), Clinical Medicine, 4th edn, Harcourt Publishers Limited, London.
Jordan, P.H. Jr, Ayala, G., Rosenberg, W.R. et al. (2002), “Treatment of Ampullary Villous Adenomas that may Harbor Carcinoma”, Journal of Gastrointestinal Surgery: Official Journal of the Society for Surgery of the Alimentary Tract, vol. 6, no. 5, September-October, pp.770-775.
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/entrez/query.fcgi?cmd=Retrieve&db=PubMed&list_uids=12399068&dopt=Abstract
Russell, R.C.G. (2000), The Pancreas, in: Russell, R.C.G., Williams, N.S. and Bulstrode, C.J.K. (eds), Bailey & Love’s Short Practice of Surgery, 23rd edn, Arnold, London.
Yeo, C.J. and Cameron, J.L. (1997), The Pancreas, in: Sabiston, D.C. and Lyerly, K.H. (eds), Textbook of Surgery, 15th edn, W.B Saunders Company, Philadelphia.
Zhang, Q., Nian, W., Zhang, L. et al. (1996), “Endoscopic Ultrasonography Assessment in Preoperative Staging for Carcinoma of Ampulla of Vater and Extrahepatic Bile Duct”, Chinese Medical Journal, vol. 109, no. 8, August, pp.622-625.
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/entrez/query.fcgi?cmd=Retrieve&db=PubMed&list_uids=9206064&dopt=Abstract